Auteur: Carla

Voor een bakblik van 1,5 liter

Bereiding:
Verwarm de oven voor op 180 °C.
Bekleed de cakevorm met bakpapier.
Pel de bananen en prak ze fijn met een beetje citroensap.
Mix er één voor één de eieren door.
Voeg de suiker en gesmolten boter erbij en mix.
Voeg de yoghurt toe en roer goed door.
Meng het meel, bakpoeder, kokos en zout door elkaar en voeg dit bij het eierenmengsel en roer het goed door.
Hak de walnoten en roer dit door het beslag.
Giet het beslag in de cakevorm en bak de bananencake in 50 minuten gaar en bruin.

Voor een cake zonder suiker kun je de suiker vervangen door geweekte rozijnen of cranberries of dadelpuree.
De kokos kun je vervangen door geraspte wortel, gebruik dan sinaasappelsap in plaats van citroensap.

Bewaar in de koelkast.

Recept voor 1 pot van ongeveer 500 gram

Bereiding:
Was de kruiden en maak ze droog in een slacentrifuge.
Maal de walnoten en knoflook fijn in de keukenmachine.
Voeg de kruiden, kaas en citroensap toe en maal dit ook fijn.
Voeg zoveel olijfolie toe tot het een smeuïg smeersel is.
Breng op smaak met zout en peper.
Deze pesto is ook lekker door de pasta of op brood met kaas en tomaat.

Bewaar in een glazen pot. Blijft in de koelkast 5 dagen goed.

Recept voor een pot van ongeveer 500 ml.

Bereiding:
Kook de bietjes gaar in 30-40 minuten in een pan met ruim water.
Giet ze af en wrijf het velletje eraf onder de koude kraan.
Laat de bietjes verder afkoelen.
Snijd de bieten in stukken.
Maak de knoflook schoon en snijd deze fijn.
Snijd de groene kruiden fijn.
Doe alle ingrediënten, behalve de groene kruiden, in de keukenmachine en maal fijn.
Roer de groene kruiden erdoor.
Proef en voeg naar smaak nog peper en zout toe.
Is de tapenade te dun voeg dan wat boekweit- of rijstvlokken toe.
Serveer in blaadjes witlof of op een toastje en garneer met een plukje alfalfa

Bewaar in een glazen pot. Blijft in de koelkast 5 dagen goed.

Bron: De Veldkeuken, het kookboek

Bereiding:
Haal de bessen van de steeltjes, dit kan met een vork maar ook met je vingers, boven een wijde pan met dikke bodem. Breng de bessen in een gesloten pan met een bodempje water aan de kook, draai de vlam laag en laat nog 3-5 minuten koken. Plaats een zeef boven een andere pan. Schep steeds 3-4 soeplepels in de zeef en roer met de stamper de bessen fijn. Zowel het sap als het vruchtvlees komen door de zeef. Je hebt dan troebel sap. Wil je helder sap? Laat dan de bessen 1-2 uur uitlekken en roer niet. Ik wil zoveel mogelijk van de bessen gebruiken en maak troebel sap. Het vruchtvlees zorgt voor een dikkere consistentie. Vind je het sap te zuur dan kun je voor gebruik honing of een andere zoetmaker toevoegen.

Het verse sap is 2-3 dagen houdbaar in de koelkast.

Om het sap te bewaren kook je het sap nog een keer goed door en vul het kokendheet in schone flessen* met een twist-offdeksel.

Schroef de deksel stevig op de fles en zet ze tenminste 3 minuten onderste boven. Bewaar een aangebroken fles in de koelkast en maak ze binnen 2-3 dagen op.

Maak een frisse dorstlesser door het sap aan te lengen met mineraalwater, appelsap met mineraalwater of appelthee. Ook lekker door de karnemelk of graandrank.

*afgewassen flessen vlak voor de inmaak omspoelen en in een pan met kokend water leggen. Laat de potten een paar minuten in het kokende water liggen. Haal ze vlak voor het vullen met behulp van een houten lepel of wecktang uit het water en zet ze onderste boven op een schone gestreken theedoek op het aanrecht of op tafel.

Ik maak nu gebruik van een bessen/tomatenmolen. Hiermee kun je het sap uit de bessen persen, daarna kook je het sap en vul je de flessen ermee.