Wetenschappelijke naam: Malva
Andere malvasoorten:
Malva sylvestris: Groot Kaasjeskruid
Malva neglecta: Kleine Kaasjeskruid
Malva moschata: Muskuskaasjeskruid
Althaea officinalis: Heemst
Kaasjeskruid helpt de verkrampte, verbitterde mens zachter te worden en te ontspannen, zodat alles weer kan gaan stromen.
Wat zie je?
Een kruid met recht opgroeiende stengels. De bladeren hebben 3-7 lobben en de bladrand is getand. De stelen en de bladeren zijn zacht behaard. De bloemen zitten in de bladoksel met grote groepen bij elkaar. De bloemkleur kan variëren van wit-roze tot paarslila met donkere lengtestrepen.
Bijzonderheden
Kaasjeskruid dankt zijn naam aan de vorm van de zaaddoosjes, die op kleine Edammer kaasjes lijken.
Het is een uitbundige bloeier, die bijna de hele zomer bloeit en meerdere keren per dag nieuwe bloemen geeft. De plant is lastig te verplaatsen door de witte vlezige penwortel, die diep in de grond zit. Kaasjeskruid is rijk aan slijmstoffen dit kun je proeven door op een bloemetje te zuigen.
Oogsten
April-juli: blad
Juni-november: bloemen
Mei-augustus: bloemenknoppen en vruchten
September: voorjaar: wortel
Gebruik in de keuken
Blad: fijngesneden in salade, als je ze kookt wordt het blad slijmerig.
Bloemen: decoratie van zoete desserts en salade, aromatische dranken, in de bloemenboter of -kaas, thee.
Bloemknoppen en vruchten: op azijn of olie samen met mosterdzaad, dille of alleen met zout.
Wortels: hebben een bindende werking en kunnen in de soep.
Vruchten: vers, jam, gelei, sap.
Inhoudsstoffen
Vooral slijmstoffen, etherische olie, looistoffen, Calcium, Kalium, Silicium, Vitamine A, B en C.
Medicinaal (als thee, tinctuur, olie of zalf):
Ontkrampend, slijmafvoerend, ontstekingsremmend bij bronchitis en longontsteking.
Bij verkoudheid, hoest, keelontsteking.
Ontstekingsremmend, slijmvlies herstellend bij ontsteking van het darmslijmvlies, eierstokken en baarmoeder.
Bij droog eczeem en psoriasis.
Verzachtend bij nierbekkenontsteking, nierstenen en reuma.
Bronnen: Kruiden signatuur en eigenschappen – Yvonne Maessen, Het grote wildplukboek – Edwin Florès, Eetbare wilde planten – Steffen Guido Fleischhauer e.a.